Categorie: ONT-MOETEN

CREATIEF

“Ik ben helemaal niet creatief, ik kan nog geen poppetje tekenen”, hoor ik mijn moeder weleens zeggen. Ik mag haar er dan graag aan herinneren dat ze vroeger werkte op een naaiatelier voor maatkostuums en dat ze naar elk uitje in een zelfgemaakte jurk gekleed ging. Ze volgde de kappersvakschool en knipte het hele gezin, haar huis is nog old school shiny and bright en koken… jongens, mijn moeder kan koken!

Ik heb altijd gezegd dat ik mijn creativiteit van mijn vaders genen heb. Hij had een grafisch atelier en beletterde gevels, vrachtwagens en reclameborden. Daarvoor was hij bakker en speelde gitaar in een band. Maar ik moet mijn woorden terugnemen. Ook als ik gezegd heb dat ik ben opgegroeid zonder kunst en cultuur, kom ik daar nu op terug. Oké, we gingen niet naar het museum, theater of een balletvoorstelling. Er stond bij ons geen literatuur op de plank, wel een 12-delig encyclopedie, die ik gretig verslond.

Toch, als ik de verrekijker omdraai en zie hoe mijn ouders invulling gaven aan hun drang om te creëren, om zichzelf uit te drukken, hoe zij creativiteit legden in werk en privé, de balans vonden tussen inspanning en ontspanning, dan geef ik toe dat ik met mijn appelwangen niet ver van de stam ben gerold. Zijn we in wezen niet allemaal creatief? Ligt creativiteit niet in een ieder van ons opgeslagen te wachten om geëxploiteerd te worden?

Als je weet waar je liefde naar uit gaat, dan weet je waaraan je jouw creativiteit kunt geven en zal het zonder enige weerstand uit je stromen. In een lekkere maaltijd, een voedzaam brood, een mooie jurk, een lekker deuntje, een nieuw kapsel of in een gezellig interieur. Maar als je denkt dat je niet creatief bent, zie je misschien niet de oplossingen, die voor je neus liggen om opgeraapt te worden, zodat je van richting kunt veranderen als het leven even tegen zit. En dan stimuleer je studeren en werken wellicht eerder om iets van jezelf te maken.

Mijn liefde gaat uit naar het schilderen van mijn oorspronkelijke zelf, naar het vormgeven van een authentieke identiteit en het fotograferen van het alledaagse. Daarnaast houd ik van antiek en indie/folk muziek, kan ook ik goed koken en met de naaimachine overweg. Ik heb een hygge huis en een huiselijk atelier en oh ja, was het je al opgevallen dat ik sinds Corona mijn eigen korte koppie knip? Ik maak al mijn media uitingen zelf en bak mijn eigen brood. Ik heb er alleen 20 jaar over gedaan om me te realiseren dat ik het één niet boven het ander moet verheffen om betekenis te kunnen geven aan mijn leven.

Ik beleef intens veel plezier aan al mijn creatieve bezigheden en inspireer ook anderen graag om vooral hun eigen unieke weg te gaan. Maar soms is het net alsof ik er niet van genieten mag en raak ik helemaal van mijn pad door ‘hoe het moet’, door ‘hoe anderen het doen’, door ‘wat van mij verwacht wordt’, door ‘dat gaat je toch nooit lukken op die manier’. Dan heb ik een week retreat nodig om mezelf uit zo’n ingesleten groef te tillen, om van het ‘hogere’ denken weer in het ‘lagere’ voelen te zakken, om weer te landen op mijn eigen plek en mezelf weer lief te hebben, gewoon zoals ik ben.

Ja, bewezen methoden hebben zich bewezen, maar dat wil niet zeggen dat er een manier tussen zit die bij mij past. En gebaande paden zijn door velen belopen, maar dat betekent nog niet dat ze mij brengen naar waar ik wezen moet. Ik zoek mijn eigen pad met mijn eigen hobbels, want ik ben uniek, net als tante Es, én creatief. En dat maakt dat elke dag een avontuur wordt en voor mij een gouden randje krijgt.

WAKKER

Ik word wakker en het eerste woord dat in mij opkomt is… heldervoelend. “Ssst!” zeg ik, “even niet tegen mij praten, ik moet iets opzoeken.” Er wordt gehoor aan gegeven en ik pak mijn mobiel.

In het eerste Corona-jaar krijgt het virus mij te pakken. Gelukkig is het mild voor me. Een flinke griep, kan ik zeggen. Maar na een week of twee voel ik me niet herboren, zoals mijn eerste ervaring met griep. Ik ben moe. Een half jaar lang blijf ik moe. Zo moe: opstaan, eten, wassen, aankleden en de batterij is leeg. Het leven remt me af, de wil is er wel, maar het lijf doet niet mee. Met hangen en wurgen worstel ik me door mijn dagelijkse verplichtingen heen. Ik probeer mijn conditie wat op te bouwen, 5.000 stappen per dag. Dat moet nu toch onderhand wel lukken? Maar nee, ik wordt telkens afgestraft met een terugval. Long-COVID? Frustrerend dit, tot ik erin berust en alles loslaat.

Ik breek m’n studie Cultuurwetenschappen af. Misschien is dat toch niet helemaal de weg om te gaan voor mij. Is het niet the place to be. Het draagt wel bij aan mijn algemene ontwikkeling en het ondersteunt ook de kunsttrajecten die ik geef. Maar eerlijk gezegd doe ik het meer om beter geaccepteerd te worden in de kunstwereld. Daar word ik zonder academische titel niet overal toegelaten. En ik dacht het gat ermee te kunnen dichten. Bullshit doel dus. Och, misschien is mijn kunst ook niet van dien geniale aard. Het is dat ik er zo ontzettend veel voldoening uithaal. Het reflecteren op mijn zijn, mijn manier van vrouw-zijn heeft mij al zoveel dichter bij mezelf gebracht. Daar kan geen kunstopleiding tegenop.

Laat ik mijn atelier nog maar even aanhouden. Ik creëer mijn eigen plek wel, in het leven en de kunst. En dat is waar het over gaat, nu. Ik moet mijn leven opnieuw inrichten, en het mooie is, ik mag het helemaal zelf bepalen. Ik focus me op de dingen die mij energie geven. Ik maak mijn atelier gezellig, ruim wat op en maak het schoon. Ik koop een paar planten om voor te zorgen, vind een leuk fauteuiltje op Marktplaats (kan ik lekker een boek lezen als ik daar zin in heb), ik verzamel wat sfeervolle accessoires en omring me met mijn eigen kunst. Als ik een plek voor mezelf wens, mag ik het ook echt bewonen, niet waar? En het doet me goed, het wordt warempel weer licht.

Ik zie het niet alleen weer een beetje zitten, alles wordt een stukje lichter. Ik ben liever voor mezelf, verzorg mijn lichaam beter, eet gezonder. Het lukt me om een beetje te bewegen, in de natuur, ik heb mijn yogamat afgestoft en zit ineens te mediteren. Ik krijg ook weer zin om eropuit te trekken. “Moet jij niet aan het werk dan?” Nou… nee, nu even niet! Ben net zo lekker bezig. En er glijden meer van dat soort overtuigingen van me af. Ik parkeer mijn ego op de achterbank en ont-moet mijn creatieve zelf. Mijn headquarters verhuist naar de benedenverdieping en ik begin nu ook mijn lichaam te bewonen. Mijn intuïtieve hart weet precies welke kant ik op moet. En dat is richting wakker worden, bewust worden, ontwaken. Niet oordelen, maar mezelf verwonderen, patronen blootleggen, kennis vergaren zonder wetenschappelijke studie te volgen. Innerlijke wijsheid.

En ik wordt wakker en ik denk… heldervoelend, op het moment dat het licht aangaat. Corona heeft mij wakker geschud en uit bed gerammeld. En ik… ik kan niets anders zijn dan dankbaar.